Niemand twijfelt eraan dat grootouders het beste willen voor hun kleinkinderen. Toch doen ze hen soms meer kwaad dan goed, zo blijkt uit onderzoek.
Schotse wetenschappers gingen na in welke mate grootouders invloed hebben op factoren die kanker kunnen veroorzaken. Meer bepaald onderzochten ze hun invloed op het eetpatroon en het gewicht van de kinderen. Ook namen ze de gezamenlijke fysieke activiteiten en het rookgedrag van grootouders onder de loep.
Snoepjes en sigaretten
De resultaten van het onderzoek zijn niet zo positief. Oma’s en opa’s hebben niet enkel een negatieve invloed op het eetpatroon, maar ook op het gewicht van de kinderen. Volgens de ouders komt dat doordat de grootouders zich genoodzaakt voelen de kinderen ongezonde snacks voor te schotelen. Een andere verklaring is onwetendheid: een gezond eetpatroon is voor de meeste grootouders onbekend terrein.
Bovendien blijkt uit verschillende onderzoeken dat sommige oma’s en opa’s hun hand er niet voor omdraaien een sigaret in het bijzijn van de kinderen op te steken. Zelfs als hen uitdrukkelijk gevraagd is om dat niet te doen. Tenslotte blijkt dat kleinkinderen te weinig bewegen als ze bij oma en opa zijn.
De reden waarom grootouders hun gangetje kunnen gaan, is praktisch van aard. De ouders vrezen namelijk dat wanneer ze hen op hun gedrag aanspreken, ze hun vaste oppashulp kwijtraken. Dus houden ze gedwee hun mond.
