Zodra je kledingkast een beetje volwassen begint aan te voelen, ontkom je er niet meer aan: een paar goede overhemden voor heren. Niet alleen voor speciale gelegenheden, maar ook gewoon voor overdag, naar het werk of zelfs in je vrije tijd. Want een overhemd is allang niet meer iets waar alleen managers of vaders op zondag mee weglopen. Het draait tegenwoordig allemaal om hoe je het draagt, niet alleen wanneer.
Hoe weet je welk overhemd bij je past?
De ene man is de andere niet, en dat geldt ook voor overhemden. Wat bij de één vlot en ontspannen staat, voelt bij een ander juist wat stijfjes. Daarom begint het bij een simpele vraag: waar ga je het overhemd voor gebruiken? Heb je iets nodig dat geschikt is voor meetings, dan kom je al snel uit bij een nettere pasvorm en rustige kleur. Voor meer casual dagen kies je een losser model, luchtiger materiaal en misschien een print of wat structuur in de stof.
Ook de lengte is belangrijker dan veel mensen denken. Een overhemd dat je in je broek draagt, mag best wat langer zijn. Draag je ’m juist los over je jeans of chino, dan moet hij wat korter vallen. Anders krijg je van die flapperende zijkanten, en dat is gewoon niet de bedoeling.
Waarom materiaal het verschil maakt
Katoen, linnen, denim, flanel: er zijn inmiddels flink wat keuzes. En ja, het maakt wél uit. Linnen is lekker luchtig, vooral in de zomer. Flanel is juist zacht en warm voor in de koudere maanden. Katoen zit eigenlijk altijd goed, zeker als het van degelijke kwaliteit is. Wil je minder strijkwerk? Dan kan een mix met wat stretch net even wat praktischer zijn.
Let bij het passen ook op de mouwinzet en de schoudernaad. Die zeggen veel over hoe goed het overhemd aansluit op je lichaam. Te wijd en het gaat hangen, te strak en je voelt je de hele dag opgepropt. Comfort blijft belangrijk, hoe mooi een overhemd ook oogt.
Hoe combineer je een overhemd zonder dat het saai wordt?
De combinatie maakt of breekt de look. Een overhemd op een jeans geeft je al snel een meer aangeklede uitstraling, terwijl het toch relaxed blijft. Liever iets netter, maar zonder dat je meteen overdressed bent? Dan is een chino een logische keuze. Zeker als je een beetje afwisselt met kleuren zoals donkerblauw, zand of olijfgroen. Die tinten matchen vrijwel overal bij, zonder te schreeuwerig te zijn.
Schoenen doen natuurlijk ook wat. Een sneaker houdt het jong, een nette veterschoen maakt het klassiek. Maar het overhemd zelf blijft de blikvanger. Zeker als je er eentje hebt met een mooi detail in de kraag of manchetten.
Wanneer draag je een overhemd eigenlijk?
Vroeger was het simpel: overhemden droeg je op bruiloften, bij sollicitaties of in restaurants met een menukaart van vijf pagina’s. Nu is dat gelukkig wat losser geworden. Een overhemd kan net zo goed bij een familiedag, een vrijdagmiddagborrel of zelfs gewoon thuis als je even geen hoodie aan wilt. En juist die veelzijdigheid maakt het zo handig om er een paar in je kast te hebben.